7 veelbelovende nieuwe behandelopties bij artrose

Artrose betekent voor veel mensen dagelijks leven met pijn, stijfheid en beperkingen. Vaak bestaat de behandeling nu uit pijnstillers, fysiotherapie of – in een later stadium – een operatie zoals een nieuwe heup of knie. Maar er is hoop dat er in de toekomst minder ingrijpende oplossingen komen.

Cortoclinics – Slimme inkoop zorgt voor efficiënte zorg

1. Groeifactor- en gentherapie: kraakbeenherstel vanuit het lichaam zelf

Bij artrose denken veel mensen meteen aan slijtage die niet meer te herstellen is. Toch laten nieuwe onderzoeken zien dat het lichaam soms meer kan dan we dachten. Wetenschappers werken aan behandelingen die het herstel van kraakbeen juist stimuleren, in plaats van alleen de pijn te bestrijden. Twee spannende richtingen zijn groeifactor-therapie en gentherapie.

Groeifactortherapie

Groeifactoren zijn natuurlijke eiwitten die in ons lichaam een belangrijke rol spelen bij groei en herstel. In vroege klinische studies is onderzocht of een kunstmatig toegediende groeifactor, FGF18 genaamd, kan helpen bij knie-artrose. De eerste resultaten zijn hoopgevend: cliënten die deze therapie kregen, lieten een toename in kraakbeendikte zien. Dat betekent dat de slijtage van het gewricht mogelijk vertraagt – iets wat met bestaande behandelingen nog niet bereikt wordt.

Gentherapie

Naast groeifactoren wordt ook gentherapie onderzocht. Daarbij wordt gebruikgemaakt van stukjes genetische informatie die cellen in het gewricht aanzetten tot herstel. Een voorbeeld is het IL-1Ra-gen, dat de schadelijke ontstekingsreacties in het gewricht kan remmen. Door zulke genen slim toe te dienen, hopen onderzoekers het evenwicht in het gewricht te herstellen: minder ontsteking, meer opbouw van kraakbeen.

Hoop voor de toekomst

Het idee achter deze therapieën is dus het aanpakken van de oorzaak: het slinken van het kraakbeen. Dat zou betekenen dat mensen langer mobiel blijven en een gewrichtsvervangende operatie kan worden uitgesteld of zelfs voorkomen. We zijn er nog niet – de onderzoeken bevinden zich in een vroeg stadium en het is nog niet duidelijk of het effect bij alle cliënten even sterk zal zijn. Maar het feit dat er al aanwijzingen zijn dat kraakbeen opnieuw kan aangroeien, geeft hoop voor de toekomst. Misschien komt er een tijd waarin artrose niet meer onvermijdelijk leidt tot een nieuwe heup of knie, maar waarin ons eigen lichaam met een duwtje in de rug zichzelf kan herstellen.

2. Hydrogels: een veelbelovende stap vooruit bij artrose

Eén van de spannendste ontwikkelingen van dit moment is het gebruik van regeneratieve hydrogels. Hydrogels zijn slimme, zachte gels die in een gewricht geïnjecteerd kunnen worden. Ze kunnen zich als het ware nestelen op de plekken waar kraakbeen beschadigd is.

Een bijzondere nieuwe variant is de piëzo-elektrische hydrogel. Die zet beweging,  bijvoorbeeld wandelen of fietsen, om in hele kleine elektrische prikkels, die het lichaam stimuleren om kraakbeen te herstellen. In dierproeven zijn de resultaten veelbelovend: er lijkt daadwerkelijk nieuw kraakbeen te ontstaan en de slijtage vertraagt.

Ook in Nederland loopt onderzoek naar vloeibare hydrogels. Artsen en onderzoekers kijken of deze techniek kan helpen bij mensen met beginnende kraakbeenschade, zodat artrose wordt afgeremd of zelfs voorkomen. Denk bijvoorbeeld aan jonge, actieve mensen die een knieblessure oplopen en daardoor risico lopen op vroegtijdige slijtage.

Het mooie van hydrogels is dat ze niet alleen beschadigd kraakbeen kunnen ondersteunen, maar ook medicijnen of groeifactoren mee kunnen dragen die lokaal hun werk doen. Zo werken ze op meerdere fronten tegelijk: smeren, beschermen én herstellen.

Hoewel het nog even zal duren voordat deze behandelingen voor iedereen beschikbaar zijn, bieden ze een hoopvol vooruitzicht. Misschien kan in de toekomst een simpele injectie met een slimme gel ervoor zorgen dat een gewricht weer soepel beweegt – en dat een operatie veel langer kan worden uitgesteld of zelfs niet meer nodig is.

3. Genetische inzichten & geneesmiddel-hergebruik

Dankzij grootschalige genetische studies waarbij de DNA-profielen van miljoenen mensen met en zonder artrose zijn vergeleken weten we inmiddels dat ruim 700 genen een rol spelen bij het ontstaan en verloop van artrose. Dat klinkt als een enorme hoeveelheid, maar het opent juist veel nieuwe deuren. Ongeveer tien procent van deze genen blijkt namelijk te overlappen met bestaande geneesmiddelendoelwitten.

Dat betekent dat medicijnen die al ontwikkeld zijn voor andere ziektes, misschien ook bij artrose kunnen werken. Dit heet drug repurposing. Voorbeelden die worden onderzocht zijn vitamine K (bekend van de bloedstolling) en talarozole (een middel dat de werking van bepaalde ontstekingsprocessen beïnvloedt). Omdat deze medicijnen al getest zijn op veiligheid, kan onderzoek naar toepassing bij artrose vaak sneller verlopen dan bij compleet nieuwe middelen.

4. Gerichte pijnoverdracht – gene-silencing

Naast het remmen van slijtage wordt er ook gekeken naar technieken die de pijn en ontsteking bij de bron kunnen blokkeren. Een nieuwe aanpak is gene-silencing. Hierbij wordt met behulp van zogeheten siRNA’s (kleine stukjes genetisch materiaal) een specifiek gen in de gewrichtscellen tijdelijk ‘uitgeschakeld’. Vooral genen die betrokken zijn bij pijnsignalen of ontstekingsreacties kunnen zo worden onderdrukt.

Onderzoekers van de University of Birmingham testen een innovatief systeem waarbij deze siRNA’s verpakt zijn in kleine peptide-deeltjes, zodat ze gericht bij de juiste cellen in het gewricht aankomen. Als dit lukt, zou het een manier zijn om de pijn van artrose veel gerichter te behandelen dan met algemene pijnstillers.

 

5. Innovatieve interventies bij het kniegewricht

Voor mensen met ernstige knieartrose die nog niet toe zijn aan een operatie, worden nieuwe, minimaal invasieve ingrepen onderzocht. Een voorbeeld is geniculaire arteriële embolisatie (GAE). Hierbij worden heel kleine deeltjes van biocompatibel kunststof of gelatinesponsdeeltjes in de bloedvaatjes rond de knie gebracht, waardoor de doorbloeding van ontstoken gebieden vermindert en de pijn afneemt. Studies laten zien dat dit de pijn aanzienlijk kan verlichten en mogelijk een knieprothese kan uitstellen.

Een andere techniek die terrein wint is radiofrequente ablatie (RFA). Hierbij worden de zenuwen rond de knie die pijnsignalen doorgeven met warmte uitgeschakeld. Het effect kan maanden tot soms jaren aanhouden, en voor veel cliënten betekent dit minder pijnstillers en meer bewegingsvrijheid.

6. Diagnostiek met AI en digitale tweelingen

Nóg een veelbelovende ontwikkeling is de inzet van kunstmatige intelligentie (AI) en medische beeldvorming. Onderzoekers werken bijvoorbeeld aan een ‘digital twin’ van het kniegewricht: een virtueel model dat precies laat zien hoe het gewricht functioneert en zich in de toekomst zal ontwikkelen. Dit model wordt opgebouwd uit geavanceerde MRI-beelden en machine learning, en kan artsen helpen om per cliënt de meest geschikte behandeling te kiezen.

Daarnaast zijn er AI-systemen in ontwikkeling die röntgenbeelden automatisch kunnen analyseren en artrose met radioloog-achtige nauwkeurigheid herkennen. Zulke technologieën kunnen de diagnostiek versnellen, fouten verminderen en vooral leiden tot meer persoonlijke zorg: de juiste behandeling, voor de juiste cliënt, op het juiste moment.

Onderzoekers en zorgprofessionals werken continu aan betere behandelingen voor artrose. Waar nu vooral pijnstilling, fysiotherapie en operaties centraal staan, komen er steeds meer innovatieve mogelijkheden in beeld. Deze ontwikkelingen geven hoop dat artrose in de toekomst niet alleen beter behandelbaar wordt, maar dat kwaliteit van leven langer behouden blijft.

7. Hybride behandelmodellen & digitale ondersteuning

Naast medische en technologische innovaties verandert ook de manier waarop zorg wordt georganiseerd.

Bij Cortoclinics werken we volgens een stepped-care model: stapsgewijze zorg op maat. Dat betekent dat cliënten stap voor stap de zorg krijgen die past bij hun situatie. Voor iemand met beginnende artrose kan dat bestaan uit zelfmanagement, digitale coaching en gerichte oefeningen. Pas als de klachten toenemen, volgen intensievere fysiotherapie of andere behandelingen. Dit voorkomt onnodig zware ingrepen en helpt cliënten om actief en betrokken te blijven bij hun eigen herstel. Het doel is duidelijk: minder operaties, minder pijn, en een betere kwaliteit van leven.

 

Stepped-care bij artrose:

  1. Eerste stap: goede uitleg en advies, leefstijlaanpassingen (bewegen, afvallen), eventueel digitale zelfmanagementprogramma’s of apps.
  2. Tweede stap: fysiotherapie, oefenprogramma’s of meer gerichte begeleiding.
  3. Derde stap: pijnstilling of injecties.
  4. Vierde stap: operatieve ingrepen, zoals een knie- of heupprothese.

 

Er is steeds meer mogelijk om artroseklachten te verlichten

De innovatieve behandelingen die we hier beschrijven zijn (nog) toekomstmuziek. Maar de wetenschap staat niet stil: ontwikkelingen volgen elkaar in hoog tempo op. Gelukkig is er ook nu al veel mogelijk om artroseklachten te verlichten, zónder operatie.

 

Heupklachten? Doe de zelfscan

Knieklachten? Doe de zelfscan

Ook interessant voor je?

7 dingen die je zelf kunt doen om artrose te verbeteren – Cortoclinics
4 september 2025 | Knie

Knieprothese – 12 vragen die we vaak krijgen

Een knieprothese is een medisch implantaat dat  een beschadigd of versleten kniegewricht vervangt. Het wordt... Lees meer
4 september 2025 |

Mako – ondersteunende robotarmtechnologie

Bij Cortoclinics gebruiken we Mako-robotarmtechnologie voor knie- en heupvervangingen, wat geavanceerde precisie en personalisatie biedt.... Lees meer

Pijnklachten? Wij zijn er voor je!

Onze pijnpoli biedt een breed scala aan gespecialiseerde, cliëntgerichte behandelingen. Maak een afspraak en ontdek hoe wij je kunnen helpen je pijn te verlichten.